Ver verwijderd van de Hd- en Sky+-wereld van visuele media waar we tegenwoordig van genieten, waren de eerste televisieprogramma’s ruwe opnames, met heel weinig bewerking, mastering en zeker geen digitale verbeteringen. Het was een klein handjevol ingenieurs en technici in de jaren vijftig, allemaal leden van een jonge BBC, die de manier waarop we naar televisie keken zouden veranderen. Het werk van degenen die de Radiophonics Workshop in de komende 50+ jaar zouden vormen en eraan zouden bijdragen, diende als een maatstaf voor het geavanceerde geluidsontwerp voor uitzendingen en een uitgebreide encyclopedie van digitale audioproductie en elektro-akoestische engineering. Het ongelooflijke bereik en de invloed van een afdeling die een groot deel van zijn latere jaren worstelde om open te blijven, verhoogde het tot een bijna cultstatus binnen de geluidsindustrie. Namen zoals Delia Derbyshire werden standaardreferenties voor zowel geluidsontwerpers, recordisten als muzikanten.

More than het algemeen zal het werk van een doorsnee BBC-afdeling geen wereldwijde erkenning en cultstatus krijgen, dus wat maakt het verhaal van de Radiophonics Workshop zo bijzonder? Het is de culturele en technologische omgeving van die tijd die de basis legde voor de conceptie van de afdelingen. Een sleutelwoord dat vandaag de dag nog vaak wordt rondgegooid, is toegankelijkheid. Het was de natuurlijke vooruitgang die volgde op de ontwikkeling van vroege televisietoestellen om ze naar huiskamers in het hele land te brengen en voor dit nieuwe, grotere en steeds veeleisender wordende publiek moesten de programma’s zich aanpassen. Als snelgroeiend en veelbelovend integraal medium in ons dagelijks leven genoten televisieproducties en studio’s natuurlijk enorme hoeveelheden publiciteit en populariteit, en aanzienlijk toenemende budgetten.

De eerste regel van de overlijdensberichten van Desmond Briscoe en Daphne Orams, medeoprichters van de werkplaats, bevat het adjectief ‘pionier’, satisfied verwijzing naar hun bijdragen aan de elektro-akoestische en omroepindustrie. Pionieren is het juiste woord om de 60-jarige discografie van de workshops samen te vatten, achieved onder meer huishoudelijke themamelodieën zoals Medical professional Who in 1963. Geschreven door Delia Derbyshire en in opdracht van Ron Grainer, wordt het een halve eeuw afterwards nog steeds gebruikt. Ondanks hun substantiële successen zouden velen de leden van de workshop beschouwen als ‘onbezongen helden’ van sounddesign. Oram begon bij de BBC in 1943, internet 18 jaar oud, en probeerde jarenlang haar werkgevers te overtuigen om de workshop doorway te laten gaan, en slaagde er pas in 1958 in toen de groeiende populariteit en toegankelijkheid van de televisie-industrie hogere productiewaarden vereiste. De workshop werd opgezet in wat nu de beroemde Maida Vail Studios is, satisfied een spending plan van slechts £ 2.000. In 1959 nam Oram echter, als gevolg van de enorme bekendheid en populariteit van het werk, de beslissing om te vertrekken en haar muziek voort te zetten, niet voordat ze haar naam in de geschiedenisboeken experienced achtergelaten als de ‘moeder van deze grote erfenis’.

De Franse componist Pierre Schaeffer experimenteerde fulfilled een nieuwe muzikale compositietechniek genaamd Musique Concrète. Een ander bijproduct van destijds voortschrijdende technologie, de aard van Music Concrete ligt in het opnemen en samenvoegen van elektronische geluiden op magnetische tape om een ​​hele reeks geluidseffecten en muzikale elementen te creëren die niemand eerder had gezien. Technieken zoals toonhoogtemanipulatie en echo-effecten zijn vandaag de dag nog steeds belangrijk in geluidsontwerp. Het was deze techniek die de aandacht trok van de Radiophonics Workshop en de basis vormde van zijn vroege producties. Internet als bij Schaeffer realiseerde de workshop zich heel snel hoe populair dit nieuwe geluid was, waardoor hun werk more publieke erkenning kreeg.

De aard van het eerdere werk van workshops was steady met de culturele en technologische vooruitgang van die tijd, waarbij nieuw ontwikkelde elektronische synthesizers en opnames werden gebruikt en geëxperimenteerd. Door een reeks verschillende geluiden large te leggen en deze fysieke snij- en bewerkingstechnieken te gebruiken om samples te stapelen en te vervagen, was het group in staat om soundtracks te creëren, effecten toe te voegen en zelfs elektronische muziek te produceren, zoals nooit eerder gehoord. Ze wisten op dit instant nog niet dat er meer dan een halve eeuw later religieus naar hun werk zou worden verwezen in de platenindustrie. Deze nieuwe technologie bood niet alleen de perfecte begeleiding van dit nieuwe tijdperk van televisieprogramma’s, maar opende ook een wereld van experimenten, die afterwards de weg zouden vrijmaken voor muziekproductie, studiotechniek en nog veel meer technieken voor mediaproductie.

Achieved name gezien de toenemende snelheid waarmee ontwikkelingen in audiotechnologie plaatsvinden, is het veelzeggend dat veel van de technieken die voor het eerst door de Radiophonics Workshop werden gebruikt, tegenwoordig in de filmgeluids- en muziekindustrie worden gebruikt. Evenzo kunnen parallellen worden getrokken tussen de toenemende toegankelijkheid van audioproductieapparatuur die afterwards zou bijdragen aan de uiteindelijke ondergang van de werkplaats. Vooral satisfied de evolutie van digitale technologieën zijn de volgende natuurlijke stappen het vereenvoudigen van de technieken en processen die betrokken zijn bij audioproducties, en daarom deze naar een bredere en steeds groter wordende groep van potentiële producenten en ingenieurs te brengen.

De ontwikkelingen en creatie van deze technologieën die de werkplaats zoveel aandacht brachten, werden voortgezet, niet in de laatste plaats door de populariteit die deze technieken en components kregen en werden ook steeds toegankelijker. Bovendien, satisfied een snel toenemende vraag als een ander bijproduct van de onbedoelde promotie van hun methoden, daalden de productiekosten voor de fabrikanten omdat ze sprongen op de commerciële kansen die zich hadden voorgedaan. Er kan worden gezegd dat hoewel deze vooruitgang en toenemende toegankelijkheid nadelig kunnen zijn voor bepaalde industrieën en specialiteiten, ze ook geweldige kansen kunnen bieden aan degenen die de nieuwe apparatuur en technieken kunnen gebruiken, maar er voorheen geen toegang toe hadden. Dit wordt excellent aangetoond door de hedendaagse muziekindustrie, waarbij veel nieuwe genres worden gevormd doorway digitale technologieën en opname-/samplingtechnieken.

Na te hebben bijgedragen aan meer dan 300 programma’s zoals Blue Peter, Tomorrow’s Planet, Blakes 7 en The Hitchhikers Guidebook to The Galaxy, en tegen het einde van de jaren 70 groot succes te hebben gehad, droegen factoren bij zoals overtoegankelijkheid en het resulterende gebrek aan financiële levensvatbaarheid gemarkeerd het einde van de workshop in de jaren 90. In een onstabiel financieel klimaat, niet anders dan onze huidige recessie, was BBC-directeur John Birt genoodzaakt om bezuinigingen te bestellen op verschillende afdelingen, waaronder de werkplaats. Ondanks dat ze 5 jaar de tijd kregen om hun balans om te draaien, werd het duidelijk dat het niet zou gebeuren. Ver van de beginjaren waarin de gebruikte technieken en apparatuur de eerste in zijn soort waren en de producties nooit eerder werden gezien, werd de onvermijdelijke ondergang een realiteit. Veel van de oorzaken kunnen ook worden toegeschreven aan het aanvankelijke succes. In 1998 bleef er nog maar één componist, Elizabeth Parker, over en werd de werkplaats uiteindelijk gesloten. Gelukkig heeft de BBC, in erkenning van het belang ervan, Mark Ayres de opdracht gegeven om het werk van de Radiophonics Workshop te archiveren, het grootste deel ervan is bewaard gebleven. Deze unieke afdeling is ontstaan ​​uit een unieke reeks culturele en technische omstandigheden, die niet kunnen worden herhaald, maar die tegenwoordig vaak parallel lopen, en heeft een blijvende invloed gehad op een industrie die een belangrijk onderdeel is van ons dagelijks leven. Interessant is dat de pioniers van de Radiophonics Workshop nog steeds onbezongen en vrijwel ongehoord zijn.

Bron: Christopher L Carruthers